Lactatiekundige Angelique (die we al eens interviewden over haar babyberoep) schreef een gastblog over borstvoeding, vol met enorm goede tips!
Borstvoedingtips van de lactatiekundige
Angelique weet er alles van: hoe je het best je kind kan aanleggen, tot wanneer het echt nodig is om hulp in te schakelen. Lees dus snel: 5 tips voor als je borstvoeding wil geven.
1. Bereid je al in je zwagerschap goed voor.
Borstvoeding is iets dat je moet leren samen met je kindje. Daarom is het verstandig je er goed in te verdiepen, dan weet je wat je ongeveer te wachten staat. Er zijn goede boeken op de markt, bv Borstvoeding van Stefan Kleintjes. Je kunt ook een cursus volgen die gegeven wordt door een lactatiekundige. Dat kan op haar praktijk zijn, in het ziekenhuis of bij een kraamzorgorganisatie. Ook zijn er La Leche League (LLL) en de Vereniging Borstvoeding Natuurlijk (VBN) die cursussen verzorgen, daar geven leidsters die ervaringsdeskundig zijn (en intern zijn opgeleid) de voorlichting. Een cursus kun je het beste volgen in je verlof, dan blijft alle info nog vers.
2. Ga zo snel mogelijk huid-op-huid met je pasgeboren kindje.
Met huid-op-huid bedoel ik je blote baby tussen je blote borsten. Vanuit huid-op-huidcontact gaat een kindje natuurlijk op zoek naar de tepel. Ook blijft een kindje veel beter op temperatuur en is meer ontspannen. Mocht mama niet direct beschikbaar zijn voor dit contact door medische omstandigheden, dan kan het huid-op-huidcontact met papa, maar zodra mama beschikbaar is moet het kindje naar mama. Huid-op-huid kun je na de bevalling dagelijks een uurtje of langer blijven doen (dan met luier aan), het is fijn contact en genieten voor ouders en baby.
Voelt papa zich buitengesloten? Lees dan deze tips voor vader-baby hechting.
3. Het is verstandig jonge baby’s gelijk te voeden bij hongersignalen
Hongersignalen zijn bijvoorbeeld smakken, lipjes bewegen, handje naar mond en zoeken. Als je dan gelijk aanlegt gaat het meestal goed en drinken ze goed door. Een baby gaat huilen als hij te lang moet wachten of bijvoorbeeld eerst verschoond wordt. Een huilende baby aanleggen lukt meestal niet en hij verspilt met huilen ook veel kostbare energie. Beter is het dus om aan te leggen bij honger, halverwege de voeding te verschonen en daarna nog door laten drinken. Jonge baby’s drinken ergens tussen de 8-12 voedingen per dag.
4. Leer je kind en je eigen borst kennen.
Kijk naar je baby en niet naar de klok met voeden. Er zijn veel zogenaamde regels met betrekking tot tijd (10 minuten elke borst, 15 minuten eerste borst en dan toetje van andere borst, etc.). Alleen de eerste dagen tot aan de stuwing is het fijn als per voeding beiden borsten ongeveer 10 minuten of langer gedronken worden. Zo worden beiden borsten goed gestimuleerd en gaat de melkproductie op gang komen. Als er stuwing komt rond dag 3 of 4 is het belangrijk dat de eerste borst goed leeggedronken wordt voordat je de tweede geeft. Vaak is het niet eens nodig de tweede borst te geven, omdat er voldoende melk voor een voeding in een zit. Hoe dit gaat wisselt per moeder. Elke moeder heeft namelijk een andere ‘melkfabriek” Een borst die goed leeggedronken wordt, maakt het beste weer melk aan. Leegdrinken voorkomt ook verstopping en ontsteking. Hoe snel een baby drinkt ligt aan zijn of haar drinktechniek en zuigkracht, maar ook aan hoe snel de melk wordt losgelaten uit de borst (de zogenaamde toeschietreflex). Dus kijk, hoor en voel wat er gebeurt, leer je kind en je eigen borst kennen.
5. Schakel op tijd hulp in
Borstvoeding geven mag geen pijn doen! Schakel tijdig deskundige hulp in als het niet zo gaat als je verwacht of als je voor onzekerheden komt te staan. Een baby moet mooi groeien, en tevreden en alert zijn! Een lactatiekundige kan je begeleiden in alle fases van het borstvoeding geven, ook als je wil afbouwen of stoppen met borstvoeding.